r
Prof. dr. Jan van Gils (NIOZ & RUG) vertelt over de effecten van de snelle opwarming van het Noordpoolgebied op de kanoet, een trekvogel die jaarlijks tussen het Hoge Noorden en tropisch Afrika pendelt en daarbij een tussenstop in onze eigen Waddenzee maakt. Het blijkt dat de kanoet extreem gevoelig is voor klimaatsverandering – een van de meest bizarre bevindingen is dat de vogels steeds kleiner worden. Met allerlei gevolgen van dien.
De wereld warmt snel op, en vooral de Arctische regio. Dit gebied is de afgelopen jaren drie keer sneller opgewarmd dan de rest van de aarde. Dit is precies het broedgebied van veel van 'onze' steltlopers, die ofwel bij ons overwinteren of naar zuidelijkere plaatsen migreren. Dit geldt bijvoorbeeld voor de Kanoet, waarvoor we hebben kunnen aantonen dat negatieve klimaateffecten, die optreden tijdens de kuikenfase in het verre noorden van Siberië, invloed hebben op de volwassen fase in West-Afrika. Het blijkt dat kuikens in warme jaren minder goed groeien, en daardoor relatief kleiner zijn als volwassenen. Eenmaal in Afrika hebben deze kleine vogels minder toegang tot de begraven schelpdieren als gevolg van hun kortere snavels en worden ze gedwongen om zeegras te eten, wat hun overlevingskansen aanzienlijk vermindert. De drastische afname van de populatie van deze Afro-Siberische Kanoet lijkt daarom een direct gevolg te zijn van de snelle opwarming van de Arctische regio.